Alles loopt op rolletjes

Moor/ juni 22, 2024/ Avontuur, Persoonlijk, Slechtziend/ 0 reacties

Het lijkt er op dat het eindelijk gaat gebeuren! De zomer is nu toch echt begonnen. En na al die natte, grauwe weken hebben we het ook wel verdiend, niet waar? Ik kan niet wachten tot de temperatuur dagen achter elkaar boven de twintig graden blijft, de zon volop gaat schijnen en we weer veel naar buiten kunnen. Want ik ben gek op buiten zijn! Lange wandelingen met mijn hond, zeilen met mijn schatje, en wie weet zelfs fietsen! Al heb ik met dat laatste een beetje een haat-liefdeverhouding.

Een sliert op wielen

Toen ik nog een klein, onschuldig Moortje was, trok ik er in de weekends met mijn vader en zusjes op uit. Dan fietsten we het dorp rond, gingen naar speeltuintjes of een ijsje halen in Blaricum bij ijssalon De Hoop, toen nog de beste van het land. Nu vraag je je af, hoe deden we dat dan? Ik met mijn slechte zicht, in het gezelschap van mijn goed ziende familie? Nou, we hebben meerdere opties afgewerkt. Het werd namelijk al vroeg duidelijk dat ik nooit zelfstandig zonder steunwielen zou kunnen fietsen. Er zijn echt wel zeer slechtziende mensen die dat kunnen. Zelfs, heb ik gehoord, iemand die helemaal blind was en dat kon dankzij echolocatie. Dan uiteraard wel op vertrouwde plekken. Maar aan mij was dat niet besteed. Ik miste de balans, of zoiets.

We begonnen dus met een aanhangfiets. Deze fiets had slechts een wiel en hing achter de fiets van mijn vader. Dat ging erg goed, al miste die fiets wel een paar chille features die de meeste fietsen wel hebben. Zo gebeurde het dat we op een hele regenachtige dag dwars door een plas reden en… splash, mijn hele shirt zat onder de modder. De aanhanger had namelijk geen spatbord. Mijn pa heeft die r later toen volgens mij zelf op gezet. Ik was overigens behoorlijk geschrokken, want ik zag het natuurlijk niet aan komen.

Toen mijn zusje steeds groter werd en het tweede zusje ter wereld kwam, werd het tijd voor een upgrade. Via de gemeente kregen we een tandem vergoed. Dat ging overigens niet zonder slag of stoot: mijn moeder heeft er flink aan moeten trekken. Gemeenten en andere overheidsinstanties zijn er niet superr happig op om mensen met een beperking dingen te verstrekken die hun leven iets makkelijker en leuker maken, daar zou ik in mijn volwassen leven nog veel mee te maken krijgen. Maar in die tijd deed mijn mama dat soort dingen voor me en kreeg ikk er niet meer van mee dan wat gemopper over hoe moeilijk de gemeente deed. Maar uiteindelijk was de tandem er. Geweldig vond ik dat, omdat ik bij die eerste tandem voor op zat. In het model dat we jaren later kregen was dat niet meer zo en was het deel met het stuur dat vast zit achterop gemonteerd. Die tandem hebben we trouwens nog steeds. Hoe dan ook, mijn zusjes waren toen nog net te klein om zelfstandig te fietsen. En dus moest ook dat probleem verholpen worden. Het ging als volgt: ik voor op de tandem, mijn jongste zusje in het kinderzitje op het stuur en mijn middelste zusje op de aanhangfiets, die hadden we nog steeds, er achter. Als een ware sliert op wielen trokken we door het dorp. We kregen de nodige bekijks, dat zul je vast begrijpen!

Het paarse gevaar

Hoewel die sliert op wielen best goed werkte, was het niet het meest veilig. Daaarom gingen we op zoek naar een andere oplossing waardoor ik misschien wel zelfstandig kon mee fietsen. Mijn moeder stuitte op een driewieler, niet zo’n kleintje voor kleuters, maar een fatsoenlijke fiets waar volgens mij zelfs een volwassene makkelijk op zou kunnen rijden. In het begin was ik reuze blij met mijn mooie driewieler, die ook nog mijn favoriete kleur had, namelijk paars. Ook was mijn bagagedrager, omdat deze groter was dan normaal en als een soort mand gevormd was, bij uitstek geschikt om een speelkamaraadje mee te vervoeren. Ik was voor lange tijd de attractie van de buurt, als ik vol vaart en zonder angst om te vallen rondjes rond de speeltuin crosste, steeds met iemand anders achterop. Fietsen op bekende plekken ging dan ook heel goed. Maar zoals ik eerder al zei, reden we geregeld het hele dorp door, en daar zat het probleem.

Ik begon steeds minder vaak op mijn driewieler te fietsen. Mijn moeder begreep er volgens mij niet zo veel van en ik was toen nog te jong, en misschien ook te trots, om de problemen die ik ervoer goed onder woorden te brengen. Het lag er niet aan dat ik het alleen fietsen niet meer leuk vond, het confronteerde me steeds vaker met mijn slechte zicht. Na elke rit waren mijn ogen totaal uitgeput. Ook maakte ik steeds vaker ongelukken door mijn gebrek aan dieptezicht. Kleine ongelukken weliswaar, maar voor een negenjarige alles behalve prettig. Dan ging ik weer te dicht langs een stoeprand, waardoor ik het voor elkaar kreeg om met een driewieler om te gaan. Of ik zag niet dat een bepaald deel van de straat lager was en viel een stuk naar beneden met fiets en al. Het vaakst gebeurde het dat ik met mijn fiets tegen een paaltje op knalde. Ik begon het driewieleren steeds enger te vinden. Uiteindelijk heeft mijn moeder de fiets maar weer verkocht. Ik ben benieuwd wat ze er voor gekregen heeft, want het ding zal vast vol beschadigingen gezeten hebben. Misschien niet heel verwonderlijk, maar nadat de fiets verkocht was, voelde ik me opgelucht. Ik had het geprobeerd. En nu voelde ik niet meer de verplichting om zo nu en dan toch tegen wil en dank op de driewieler te stappen. Mijn zussen waren tegen die tijd ook allebei wat gegroeid en konden dus zelf met mijn vader mee fietsen. Ik kon weer op de tandem en mijn zusjes fietsen op hun eigen kinderfietsjes mee. De tijd had het probleem voor me opgelost.

Voor mij is het fietsen op een tandem dus het leukst en het veiligst gebleken. Ik heb ook wel eens op een duo-fiets gezeten, dan zit je met z’n tweetjes naast elkaar. Het nadeel is dat je op een soort stoeltjes zit en dus geen prettige houding hebt voor het fietsen. En je bent ook ontzettend breed op de weg. Nee, doe mij maar de tandem. Gelukkig vindt Jur het ook erg leuk om met mij te tandemen en gaat het ons goed af. Want dat moet je natuurlijk ook hebben, dat je elkaar kunt aanvoelen als je samen fietst. Zeker als de ene slecht ziet en de ander iets minder balans heeft. Maar we hebben al flink wat kilometers gemaakt, op Texel bijvoorbeeld, en we zijn nog niet samen gevallen of zo… *even afkloppen*

Deel dit Bericht

Over Moor

Misschien denk je wel, nu je mijn blog zo ziet, daar heb je weer zo’n blogger met een visuele beperking die haar verhaal heel bijzonder vindt. Wat zou haar verhaal meer de moeite waard maken dan dat van de zo vele anderen die online te vinden zijn? Dan zeg ik: fair point, daar heb ik geen antwoord op. Ik vind mijn verhaal niet boeiend, maar ik schrijf nou eenmaal graag. En omdat het onbeleefd is om over de levens van anderen te schrijven, schrijf ik over mezelf. Je bent vrij om te gaan, maar blijf vooral! 🙂

Laat een Reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*
*